Met een rattentand
|
maakte ik ruimte voor u
|
rits voor rits verloor ik
|
mijn rechterhand
|
|
Nagels krabten bloedend
|
een symbool van kracht door pijn
|
Daar rees Hij omhoog
|
met mijn linkerhand zich voedend
|
|
Ik beet het hout, dat
|
gestaag was geblakerd
|
(en) kleurde de krachtige Ziener
|
tot ik geen kaak meer had
|
|
Doffe slagen van mijn hoofd
|
vormden zijn heilig huis
|
Weet gij hoe men zal branden?
|
Het vuur mag nooit gedoofd
|
|
Vol lof was den Vereerden
|
in der tijden begin
|
Daar rees Hij omhoog
|
waar Hij huiswaarts keerde
|
|
-----------------
|
De Totem
|
Lugubrum |